Visproducten met het MSC keurmerk zijn minder dan 1% verkeerd gelabeld. Dat is aanzienlijk beter dan het gemiddelde percentage van andere labels. Dat ligt wereldwijd op 30%.
DNA-barcodering van meer dan 1400 Marine Stewardship Council (MSC) gelabelde producten toonde aan dat minder dan 1% een verkeerd etiket kreeg.
Deze resultaten, gepubliceerd in het tijdschrift Current Biology, geven weer dat het keurmerk en Chain of Custody-programma van MSC een effectief middel is tegen systematische en bewuste vervanging van soorten en fraude.
MSC is als wereldwijd not-for-profit programma een maatstaf voor duurzame visserij en traceerbare toeleveringsketens. Als visserijen en aanvoerketenbedrijven gecertificeerd worden, kunnen ze het blauwe MSC label gebruiken op producten in de winkel, op verse visbalies en op restaurantmenu's.
Identificatie van soorten
"Er heerst een grote bezorgdheid over de opzettelijke mislabeling van vissoorten en fraude in de bevoorradingsketens. In het verleden was er bijvoorbeeld een geval waarin gekweekte meerval voor de meer begeerde kabeljauw werd verkocht. Zoiets ondermijnt het vertrouwen van de consument en vormt een bedreiging voor duurzame visserij," zegt Jaco Barendse van Marine Stewardship Council en tevens hoofdauteur van de paper.
DNA-methodes detecteren of soorten al dan niet juist geëtiketteerd zijn. Een recente meta-analyse van 4500 producttesten in 51 verschillende publicaties bracht een gemiddeld percentage van 30% verkeerd gelabelde producten aan het daglicht.
Voor een recente studie met de grootste en meest uitgebreide beoordeling van MSC gelabelde producten, werkte de MSC samen met laboratoria van TRACE Wildlife Forensics Network en Science and Advice for Scottish Agriculture (SASA). Daarin werkten de onderzoekers met DNA-barcodering om van in totaal 1402 MSC gecertificeerde visproducten uit 18 landen de overeenkomstige soorten te identificeren.
Dit toonde aan dat 1389 van de 1402 producten correct waren geëtiketteerd en dertien niet. Dit komt neer op een totaal percentage van minder dan 1% (0,92) verkeerde labeling. Dat ging over verse en diepgevroren producten, voornamelijk in West-Europa. Er was slechts een geval in de Verenigde Staten. In alle gevallen ging het over witvis (kabeljauw, heek, hoki) en platvisproducten.
Onjuiste etikettering of fraude?
Er zijn vele redenen voor verkeerde etikettering. Het kan een gevolg zijn van een verkeerde identificatie van soorten bij de vangst van de vis, verwarring tijdens de verwerking of dubbelzinnigheden in de productbenaming, zoals het gebruik van vangnamen als 'snapper' of 'skate'.
Fraude vindt plaats wanneer er sprake is van opzettelijke vervanging, voornamelijk voor financieel gewin. Dit is typisch wanneer een soort met een hogere waarde wordt vervangen door een soort met een lagere waarde om meer winst te maken.
Een andere vorm van fraude vindt plaats wanneer er soorten van niet-duurzame of illegale visserij op de markt komen als legaal gevangen vis.
Hoewel DNA-tests gevallen van soortsubstitutie kunnen opsporen, kan het op zichzelf niet bevestigen of het om fraude gaat. Om dat na te gaan, moet het product traceerbaar zijn doorde hele toeleveringsketen. Alleen dan kan je het moment achterhalen waarin het probleem zich heeft voorgedaan.
De MSC Chain of Custody-certificering ziet er op toe dat elke distributeur, verwerker en detailhandelaar die gecertificeerde visproducten verhandelt, een gedocumenteerd traceersysteem heeft. Dat zorgt voor de scheiding tussen gecertificeerde en niet-gecertificeerde visproducten en identificeert de MSC-producten bij elke stap.
Voor de dertien verkeerd geëtiketteerde producten verkreeg MSC van elk bedrijf bij elke stap in de toeleveringsketen de nodige gegevens. Van twee verkeerd geëtiketteerde monsters bleek effectief dat er sprake was van opzettelijke vervanging door soorten van niet-gecertificeerde oorsprong.
MSC gecertificeerde producten bieden vaak hogere prijzen en een betere toegang tot de markt dan niet-gecertificeerde producten. De verantwoordelijken voor de vervangingen werden dan ook geschorst voor hun MSC-certificaten.
Andere gevallen van substituties vonden onbedoeld plaats bij de vangst of tijdens de verwerking aan boord - waarschijnlijk als gevolg van een verkeerde identificatie tussen nauw verwante, gelijksoortige soorten die samen voorkomen in de vangst. Er was geen waarneembaar financieel motief.
"Het gebruik van DNA-hulpmiddelen om substitutie in de visbevoorradingsketen op te sporen was een goed gedocumenteerd, maar tot op heden deprimerend verhaal. Ons onderzoek draait dit op zijn kop en laat zien hoe we soortgelijke technologie kunnen toepassen om het succes van eco-labels in traceerbare, duurzame visserij te valideren", aldus Rob Ogden, TRACE Wildlife Forensics Network en Universiteit van Edinburgh.
Volgende stappen
MSC certificaten zijn alleen van toepassing op visbestanden en visserijen en niet op hele soorten. Hoewel de MSC Chain of Custody-certificering een scheiding van MSC- en niet-MSC-gecertificeerde producten vereist, blijft er een risico bestaan voor een mogelijke opzettelijke vervanging tussen gecertificeerde duurzame en andere vissoorten van dezelfde soort.
Francis Neat, hoofd Strategisch Onderzoek bij MSC: "Met behulp van DNA-barcodering en tracebacks krijgen we een goede indicatie of er substitutie op soortniveau plaatsvindt. Toch kan het nog beter. Daarom wil MSC verder investeren in hoogtechnologische sequencing van genen en isotopen- en sporenelementenprofilering. Dit maakt het mogelijk om nog nauwkeuriger te bepalen uit welk bestand een visproduct afkomstig is en of het wel degelijk om de vissoort gaat die op de verpakking vermeld staat.”